NFF | Laudatio bij Kom hier dat ik u kus

Jordi Lammers  - 07 oktober 2020

Inleiding bij de première van de film Kom hier dat ik u kus, gebaseerd op het gelijknamige boek van Griet Op de Beeck

Filmstill uit de verfilming van Kom hier dat ik u kus

 

Verhalen doen soms dingen met je die je niet verwacht had. Soms wil je door een verhaal de straat opgaan en tegen al het onrecht in de wereld protesteren. Soms wil je door een verhaal een rode auto kopen en een roadtrip door Amerika maken. Soms wil je door een verhaal middenin de nacht in de Waal duiken. Soms wil je door een verhaal ontslag nemen en het huis van je baas in de fik steken. Soms wil je door een verhaal de persoon verlaten met wie je al maanden ongelukkig bent. En soms wil je je ouders bellen om te zeggen hoeveel je van ze houdt.

Voor mij behoort Kom hier dat ik u kus tot die laatste categorie. Zonder al te veel over de film te verklappen, kan ik zeggen dat we hoofdpersoon Mona in drie fases van haar leven volgen: als kind, als vierentwintigjarige en als volwassene. Na de dood van de moeder doet ze er alles aan om de mensen in haar leven gelukkig te maken. Ze probeert iedereen te behagen, maar het alsof haar goedbedoelde pogingen alle problemen in de familie alleen maar erger maken. Bovendien weet ze na verloop van tijd niet meer wat ze zelf wil, welke verlangens ze zelf heeft.

Het ligt misschien voor de hand als ik zou vertellen dat ik me in Mona herken, maar dat is niet zo. Ik herken me soms meer in de personages die van haar goede daden gebruik maken. Ik herken me in haar vader die het prettig vindt dat Mona tijdens zijn werk de huishoudelijke taken op zich neemt, ik herken me in haar vriend, een schrijver die meer aan zichzelf dan aan zijn omgeving denkt, en ik herken me in haar stiefmoeder die het vervelend vindt dat Mona altijd zo lief en zo aardig en zo vreselijk behulpzaam is.

Dit wil niet zeggen dat Mona’s familie uit slechte mensen bestaat. Slechte mensen bestaan niet in het werk van Griet Op de Beeck. Haar personages willen wel goed zijn, maar hebben geen idee hoe dat eigenlijk moet. Het zijn onbeholpen prutsers vol goede bedoelingen, mensen die zichzelf keer op keer teleurstellen. Het verklaart waarom Griet Op de Beek zo ongekend populair is. Ze toont geen vergezichten, ze duikt geen verre geschiedenis in. Ze schrijft rechtstreeks over jou en mij, op dit moment.

In Kom hier dat ik u kus laat ze zien hoe sterk we met onze familie verbonden blijven, zelfs als we dat niet willen. Hoewel haar personages voortdurend met elkaar botsen, blijven ze elkaar in moeilijke tijden opzoeken. Helemaal autonoom worden ze nooit, ze blijven afhankelijk van de mensen van wie ze zich af proberen te zetten. Door het boek ging ik me afvragen van wie ik afhankelijk ben. Ik vertel mezelf graag dat ik anderen niet nodig heb, maar ergens is die houding ook weggelegd voor mensen die hun hele leven lang door andere geholpen zijn: door ouders die je liefdevol hebben opgevoed, door vrienden die in moeilijke tijden naar je problemen luisteren en door een broer die je elk moment van de dag kunt bellen. Door Kom hier dat ik u kus begon ik me af te vragen af wie de Mona’s in mijn leven zijn.

Als jullie straks naar de film kijken, ben ik benieuwd in welke personages jullie jezelf weerspiegeld zien. Misschien bel je vanavond voor het eerst in tijden je broer, je moeder of beste vriend op. 

 

Mona is negen jaar oud als haar moeder bij een auto ongeluk komt te overlijden. Haar vader Vincent krijgt al snel een nieuwe vriendin Marie, die het gezin inkomt als vervangende moeder en alle aandacht opeist. Mona maakt er op haar manier maar het beste van, want ze wil niet dat dit nieuwe gezin ook uit elkaar valt.
Ze voelt zich verantwoordelijk en doet er alles aan om het te laten slagen, ook al gaat dat ten koste van zichzelf. Het wordt haar manier van leven. Ook als volwassene doet Mona haar uiterste best om iedereen gelukkig te maken. Maar de volwassen Mona beseft dat de wereld gevuld is met ego’s en eigendenkers en dat ze het heft in eigen handen zal moeten nemen om uiteindelijk zelf een gelukkig leven te kunnen leiden.

Deze film was onderdeel van het Nederlands Film Festival (NFF). Ter ere van het 40-jarige jubileum van het NFF streken zij neer op acht unieke festivalpremières door het hele land, waaronder bij LUX.

Lees ook de laudatio van Marjolein Visser bij filmserie I.M.

Jordi Lammers was in 2016 de campusdichter van de Radboud Universiteit. Hij publiceerde verhalen en gedichten in De Revisor, Op Ruwe Planken en bij De Optimist en schrijft essays voor Rekto:Verso. Je kon hem horen voordragen op de Nijmeegse Kunstnacht, het Nijmeegs Boekenfeest en het International Literature Festival. Samen met zijn broer Rindert vormt hij de tweekoppige band Benji - een samensmelting van muziek en poëzie. Jordi zit in een talentontwikkeltraject van De Nieuwe Oost | Wintertuin. In november 2021 verscheen zijn chapbook Slaap lekker, Hiroshi Yoshimura, een bundeling van vijf korte verhalen waarin Jordi laat zien wat het betekent om ergens in te geloven. (Foto door Gaby Jongenelen.)