Moederdag

Lowie van Oers  - 28 mei 2019

Het thema van vandaag is de moeder. Ze hadden ook het leven als thema kunnen kiezen. Of de angst. Veiligheid. Het afscheid. Het komt allemaal ongeveer op hetzelfde neer.

 

Moederdag

Ik doe niet aan Moederdag, mijn moeder ook niet. We hebben het er nooit echt over gehad, maar we weten er allebei van; mijn moeder en ik doen samen niet aan Moederdag. Mijn zus doet wel aan Moederdag.
‘Je zus stuurde een bos bloemen, met een kaartje.’
‘Wat lief.’
‘Ja, heel lief.’
Het zoontje van mijn zus doet ook aan Moederdag. Afgelopen jaar maakte hij een tekening waar zijn crècheleidster met stift ‘Ik hou van mama’ boven schreef en die mijn zus met magneetjes aan de koelkast hing.

Dit jaar breng ik Moederdag door op het Groot Letterfestival in Rotterdam. Ik sta in het atrium van een verzorgingshuis, onder het hoge glazen plafond staan palmbomen, ik hoor vogels zingen en achter mij zit een groep bewoners aan de gemeenschappelijke tafel te roken en te praten. Het thema van vandaag is de moeder. Daar hadden ze vast geen lange vergadering voor nodig. Ze hadden ook het leven als thema kunnen kiezen. Of de angst. Veiligheid. Het afscheid. Het komt allemaal ongeveer op hetzelfde neer.

Ik luister naar dichter Lévi Weemoedt terwijl achter mij nog altijd wordt gepraat en gerookt. Eigenlijk was hij dood, de mensen waren hem vergeten. Op een dag stond hij op straat en wees een vreemde hem zijn huis aan en zei: ‘Weet u dat Lévi Weemoed daar ooit gewoond heeft?’, toen wist hij zeker dat hij was verdwenen. En toen diende zijn tweede leven zich aan.
‘Jullie weten hoe het gaat,’ zegt hij, ‘de meeste van jullie zijn oud, net als ik.’ Ik kijk om me heen en het klopt, de meesten hier zijn oud. ‘Het leven bestaat uit veel dieptepunten en zo nu en dan lacht het je toe. En de lach die ik kreeg was heel breed.’ Hij vertelt dat hij weer is begonnen met schrijven. En dan leest hij een gedicht voor over een van zijn depressies. Hij ziet er gelukkig uit. Zeer levend.

Mijn moeder is ruim zes jaar weduwe. Als mensen haar vroegen of ze niet op zoek was naar een man dan was haar antwoord altijd: ‘Ik heb al een man, alleen is hij dood.’ Als vrienden mij vroegen of ik dacht dat mijn moeder ooit nog een man zou ontmoeten dan zei ik hetzelfde, ik begreep geloof ik wel wat ze bedoelde.

In een krappe huiskamer van een van de bewoners van het verzorgingshuis luister ik naar Ans, die wordt geïnterviewd door Elske. Ans is negentig, Elske is mijn leeftijd. Ans zal wel een moeder zijn, denk ik, of in ieder geval heeft ze er een gehad. Toen Ans vijfenveertig was en al jaren getrouwd met Henk, ontdekte ze dat ze op vrouwen viel. Tien jaar later ontmoette ze haar liefde Riek. Het was een openbaring, voor het eerst in haar leven voelde ze zich aangetrokken tot de persoon die ze omhelsde. Ans heeft Henk nooit verlaten, maar ze heeft het hem wel verteld. In een goed huwelijk moet je eerlijk zijn. Haar moeder heeft ze het nooit verteld, dat wilde ze haar niet aandoen op die leeftijd.

Vorige week kreeg ik een berichtje van mijn moeder dat ze verliefd was. ‘Ik ben verliefd.’ Dat schreef ze. Ik belde haar en aan de telefoon klonk ze opgewonden en gelukkig en in staat van zeer milde paniek. Ze vertelde over wat hij dan zei en hoe zij had gereageerd en hoe hij daar vervolgens op in was gegaan. Ze klonk inderdaad verliefd.

Ik sta weer in het atrium en kijk naar de bewoners die nog altijd aan de grote tafel zitten, het ziet er gezellig uit, ik weet niet of ze doorhebben dat er een literair festival aan de gang is, het moet toch opvallen dat er een podium is waar mensen teksten voorlezen. Ze zien eruit als mensen die weten hoe het gaat. Dat het leven uit dieptepunten bestaat, met af en toe een brede glimlach.

Op het podium leest Corinne een tekst voor over Silvio, een van de bewoners van het huis. Af en toe horen we hem zelf over de geluidsinstallatie, hij heeft een mooie stem. De stem van een muzikant.

Ik ga niets voor jullie zingen.
Een zanger kan niet zingen zonder instrument.
Ik kan er wel over vertellen.
Ik heb een liedje zelf gemaakt.
Een Moederdagliedje.
Ik zal het vertalen, het gaat zo:
Vandaag is een belangrijke dag voor een en allemaal.
Voor die ene die zijn moeder heeft, die is aan het vieren.
En ook die ene die zijn moeder niet heeft, die is aan het denken en aan het huilen in stilte dat zijn tranen niet kunnen helpen.
Net als een vaas zonder bloemen is net als een kind zonder moeder.
Denk aan die ene, die vandaag feest is aan het vieren met zijn moeder en denk aan die ene die zijn moeder niet heeft. 

Op weg naar de uitgang loop ik langs het winkeltje. Ik koop een boek over seksualiteit op latere leeftijd, Ans van negentig komt er ook in voor. Dan bel ik mijn moeder om haar een fijne Moederdag te wensen en ik zeg dat ik een cadeau voor haar heb gekocht. Dat zal ik de volgende keer dat ik haar zie wel meenemen.

 

Het Groot Letterfestival

Op zondag 12 mei vierde Rotterdam-Noord feest. Die dag kwamen schrijvers, muzikanten, verhalenvertellers, vrijwilligers en wijkbewoners samen op het Groot Letterfestival. Voor één dag veranderden het Jan van der Ploeghuis en het Klooster Oude Noorden in festivallocaties met verhalen, muziek, workshops, kleurrijke kinderprogramma’s en lekker eten. (Collage door Jolijn Ceelen.)

Lowie van Oers schrijft proza en theater. In 2012 studeerde hij als acteur af aan de Arnhemse toneelschool waarna hij bij meerdere gezelschappen door het hele land speelde. Met theatercollectief Don Majoris maakte hij onder andere de voorstelling Being There, een bewerking van het gelijknamige boek van Jerzy Kosinski. In 2016 publiceerde De Nieuwe Oost | Wintertuin Lowie’s eerste theatertekst, de monoloog Turing over wiskundige Alan Turing. In 2018 en 2019 tourde hij met de voorstelling Over de natuur van de dingen, die hij ook schreef. Lowie werkt momenteel aan nieuwe theaterteksten en enkele korte verhalen. Hij zit in een talentontwikkeltraject van De Nieuwe Oost | Wintertuin.